Aankooptips Classic Mini

Deze pagina biedt informatie voor diegenen die overwegen een Mini te kopen, maar weinig afweten van de kritische punten van deze auto om deze voldoende te kunnen beoordelen. Er worden geen uitspraken gedaan over prijzen, aangezien dit sterk subjectief is en de meningen hierover sterk uiteenlopen. Er wordt bij de lezer enige kennis verondersteld op het gebied van autotechniek en de termen die daar bij horen.

Er worden drie fasen beschreven:

  1. Eerste indruk van buitenaf.
  2. Tweede indruk, met toegang tot alle ruimtes.
  3. Indruk bij het rijden.

Algemene opmerkingen

Laat u niet te sterk verleiden door een mooi uiterlijk, zoals sportstoelen, houten delen in interieur, lichtmetalen wielen of een sportuitlaat. Cruciaal zijn een redelijke carrosserie en bodem. Beter een eenvoudige maar wel 'harde' auto dan een doorgeroeste luxe-uitvoering.

Ook een taxatierapport of APK-keuring is zeker niet zaligmakend. Een APK-keuring moet zeker niet gezien worden als een aankoopkeuring; een APK-goedkeuring betekent slechts dat de auto op het moment van keuring veilig genoeg is om mee op de openbare weg te rijden. Goed opletten blijft het devies.

De inspectie van de Mini in drie fasen

1. Eerste indruk van buitenaf

Hierbij wordt verondersteld dat de auto slechts van buiten te bekijken is, de verkoper ontbreekt nog.

Roest? Let op de volgende punten:

  • front (2);
  • koplampranden (1);
  • onderzijde deuren (7);
  • wielkasten (voor -4- en achter -10-, moeilijke hoekjes, vooral bij schokbreker bevestigingen. Probeer met een hard voorwerp wat te prikken);
  • A-panelen (4 - tussen spatscherm en deur);
  • dorpels (8-9-11);
  • onderzijde achterklep;
  • randen achter zijklapraampjes (15);
  • afwatergootje dak (5-12);
  • onderrand voorruit (3 vooral aansluiting bij spatschermen);
  • banaan-vormig paneel waar de uitlaat onder vandaan komt (14);
  • rondom benzinevulhals (16 licht het rubber van de benzine vulhals iets met de vingers);

Blazen in de lak betekent roest van binnen uit en is alleen goed te herstellen door een plaatwerk reparatie. Als de wagen pas gespoten is ziet het er van buiten misschien mooi uit, maar dat kan bedrog zijn! Neem een magneetje mee om te testen of er op moeilijke hoekjes metaal zit of plamuur/polyester.

Beoordeel de banden (profiel) en de velgen (beschadigingen). Voor de APK is 1,6 mm profiel het minimum, maar voor de veiligheid is meer eigenlijk gewenst. Controleer hierop over de gehele breedte van de band. Bij extreme slijtageverschillen tussen binnen- en buitenzijde band is er sprake van een verkeerde uitlijning (op zich een veelvoorkomend probleem bij Mini's).

Bekijk goed (goed door de knieën!) de onderzijde. Probeer met een hard voorwerp wat te prikken op verdachte plaatsen zoals dorpels. De dorpels moeten voorzien zijn van watergootjes: bobbels om de +/-20 cm. Bij gebrek hieraan kunnen overzetdorpels gemonteerd zijn, waarbij de oude roestige dorpels vaak nog onder het nieuwe materiaal zitten.

2. Tweede indruk, met toegang tot alle ruimtes

De verkoper is er nu bij en alle deuren, motorkap en kofferklep kunnen nu geopend worden voor inspectie. Let op de volgende punten:

  • Kofferbak bodem, vooral de rand richting kofferklep. Probeer ook van de onderkant op die plek te kijken. Verwijder het reservewiel en controleer op roestschade.
  • Bakken naast achterbank, verwijder de kartonnen en kijk richting dorpels.
  • Vocht onder tapijt; kan duiden op lekke vloer, dan wel lekkende rubbers (ruiten/deuren).
  • A-stijlen, controleer op roestschade.
  • Controleer de raammechanismen op functioneren door de ramen geheel open en dicht te draaien. Achterraampjes uitklappen en dichtklappen.
  • Controleer bekleding op slijtage (vloer en stoelen).

Regel een mogelijkheid om de auto op een brug te zetten om de auto vanaf de onderzijde goed te kunnen inspecteren. Als u niet de beschikking heeft over een brug is ook een krik te gebruiken, maar wees voorzichtig. Ga onder geen beding onder een auto liggen die alleen door een krik wordt ondersteunt. Plaats de krik onder de subframes. Krik niet onder de bodem, ook niet onder de kennelijke "krikplaatjes" (dat zijn het namelijk beslist niet - hierop werd de kale carosserie in de fabriek rond gereden toen er nog geen motor of subframe aanzat, een complete auto is hier te zwaar voor). Let op de volgende punten:

  • Binnendorpels, trek eventueel het tapijt voorzichtig wat los.
  • Subframe voor (roest en rubbers). Olielekkage maakt de rubbers zacht die daardoor snel afbreken. Een voordeel van de typische olielekkage is dat het voorsubframe vaak vrij blijft van roest. De spoorstangen die naar de wielen lopen horen recht te zijn, en niet gebogen.
  • Subframe achter (roest). Roestgevoelig zijn met name de voorste bevestigingspunten en de horizontale gedeeltes in de hoeken.
  • Binnenspatbord naast radiator (zit vaak een gat). Kijk ook achter de dashboardplaten. In de hoeken hoopt modder en vocht zich op, wat gaat doorroesten. Ook de eerder genoemde roestplekken bij de overgang raamrand-voorspatbord zijn een teken van roest op die plek.

Mechanisch:

  • Trekstang rubbers.
  • Motorsteunen. De motor mag niet teveel bewegen, controleer door de motor aan het kleppendeksel van voor naar achter te (proberen te) bewegen.
  • Als de auto aan een zijde ingezakt lijkt te zijn, zijn vaak de nylon cups onderaan de vering versleten. Dit kan duiden op gebrek aan onderhoud. Deze zouden nl. gesmeerd moeten zijn en dan slijten ze veel minder hard.
  • Wiellagers. Wielen los van de grond (krik), wiel boven/onder beet pakken en wrikken, links/rechts pakken en eveneens wrikken. Ronddraaien en luisteren: een rauw geluid geeft aan dat het wiellager is versleten. Als de auto lange tijd stil gestaan heeft kan het ook duiden op wat roestvorming in de remtrommel of op de remschijf, afhankelijk van het type.
  • Bij het bewegen van het wiel in verticale richting (boven/onder) de fuseekogels controleren op teveel speling. Voor de APK mag iedere kogel 1 mm speling hebben.
  • Controleer de achterwielen ook op speling in de draagarmen, pak het wiel boven/onder beet en probeer het gehele wiel naar voren en achteren te bewegen. Ook dit wijst op een gebrek aan onderhoud (regelmatig doorsmeren).
  • Stuurkogels. Als het er speling zit op het stuur (als het stuur wel kan bewegen, maar wielen niet) kan dit duiden op versleten stuurkogels. De buitenste zijn eenvoudig te checken, deze zitten dichtbij de wielophanging. Ook hierbij geldt weer 1 mm speling is toegestaan. Als de kogels niet bewegen, maar er is toch speling, ligt dit in het stuurhuis. Dit is een kostbare reparatie aangezien het voorsubframe los moet om het stuurhuis te vervangen.
  • Controleer ook de stofhoezen, deze mogen niet lek zijn. Binnenin zit vet, bij een lekke hoes komt dit naar buiten. Kosten van een nieuwe hoes zijn relatief laag, vervanging vooral van homokineethoezen (op de aandrijfas) zijn kostbaar gezien de hoeveelheid arbeid. Stuurhuishoezen zijn eenvoudiger.
  • Controleer op olielekkage, een klein beetje vochtig is niet erg, dat gebeurt veel bij Mini's. Eruit druppelen mag echter niet. Controleer met name na een proefrit, als de motor goed warm is en de olie dunner. Vaak is het probleem op te lossen door enkele keerringen te vervangen. Ook hierbij geldt weer dat het arbeidsloon dan vele malen meer is dan het onderdeel zelf. Olie druipend uit het koppelingshuis (gaatje met splitpen) duidt op een defecte krukas keerring. Een slippende koppeling is een symptoom.
  • Remmen. In geval van trommelremmen moeten de achterplaten kurkdroog zijn. Natte platen duiden op lekke remcylinders. In geval van schijfremmen moeten ook de remklauwen niet nat zijn.
  • Controleer de olie (peilstok): als er "metaal" in zit is het fout, erg zwart en verbrand is oud/nooit verwisseld, compleet vers is ook verdacht.
  • Controleer koelvloeistof, moet een beetje groenig of blauw zijn; roestbruin is oud.
  • Controleer remvloeistof/peil; zwart is oud en duidt dus op weinig onderhoud.

3. Indruk bij het rijden

Een proefrit maken, stel je hierbij de volgende vragen:

  • Start de auto vlot? Wees zeker dat de motor koud is.
  • Loopt de motor regelmatig, zonder bijgeluiden als gieren, ratelen, brommen?
  • Walmt de uitlaat?
    • Blauwe walm uit uitlaat: olie-verbruik;
    • zwarte walm uit uitlaat: benzine-verbruik/afstelling, wat kan liggen aan vervuild luchtfilter oftewel weinig onderhoud;
    • witte walm uit de uitlaat: water in het uitlaatgas, zeer waarschijnlijk gewoon condens (bij koude motor en/of koud weer), maar duidt mogelijk op koelvloeistoflekkage (lekke koppakking, wat een dure reparatie kan zijn).
  • Schakelt en koppelt de auto zonder gekraak, pakt de koppeling niet heel hoog aan? Dit kan duiden op versleten koppelingsplaten. Schakel de auto bij lage snelheid in een hoge versnelling en geef plankgas. Als de motor ineens meer toeren gaat maken, kunnen de koppelingsplaten versleten zijn of lekt er olie langs de platen.
  • Verwerkt de auto oneffenheden van de weg zonder gerammel, schokken of bonken vanuit vooral de omgeving van de voorwielen? Dit kan duiden op versleten fusees.
  • Is de besturing stabiel en zonder weerstandspunten?
  • Zijn er bijgeluiden als gieren en rammelen bij het nemen van een scherpe bocht of het achteruitrijden?
  • Functioneren de remmen naar behoren? Controleer door hard te remmen of de auto niet wegtrekt. Dit kan duiden op lekke wielremcylinders of slechte afstelling in het geval van trommelremmen. Ook moet de remdruk niet beter worden als een paar maal pompend geremd wordt. Dit kan lucht in het systeem betekenen, of slechte afstelling.

Controleer de volgende punten:

  • Werking van lampjes (binnen/buiten), de binnenverlichting die niet op de deuren meer werkt is veel voorkomend. Een defecte deurschakelaar is meestal de oorzaak (let op de stand van de schakelaar).
  • Schakelaars, kachel (aan/uit), ruitenwisser (2 standen + enkele wis door handel naar beneden te duwen).
  • Controleer laadcircuit (laad lampje - vaak rood) en controleer het oliedruklampje (vaak oranje), beide lampjes gaan branden als de motor uit is, en het contact aan. Blijft het IGN-lampje (rood) branden bij draaiende motor, dan laadt de dynamo de accu niet meer bij. Bij een brandend olielampje is er gebrek aan oliedruk. Te weinig olie of een falende oliepomp zijn mogelijke oorzaken. Een lampje dat juist niet aan gaat bij contact duidt op een defecte sensor, lampje of bedrading.
  • Werking van meters/tellers.

Tot slot

Mocht u een verkoper treffen, die u niet toestaat de tweede en derde fase naar behoren uit te voeren dan is er reden tot twijfel over de kwaliteit van de auto. Indien de verkoper er geen expert of Mini-kenner in het algemeen bij wil hebben, dan is tevens grote voorzichtigheid geboden. Een bonafide verkoper, die een auto aanbiedt die haar prijs waard is, zou niet bang moeten zijn voor een deskundig oordeel.

Deze informatie is gebaseerd op een document dat is opgesteld met hulp van Theo van den Bogaard en Erwin Ouwejan. Dit document is een bewerking van een tekst geschreven door Alex van Zanten.

Tegenwoordig ook verkrijgbaar (in het Engels) Mini The Essential Buyer’s Guide App (nog - alleen voor Ios) 3.99 euro: http://www.digital.veloce.co.uk/apps/AV4204.html

originele boek (Mini The Essential Buyer’s Guide): 64 pages • 99 colour pictures • ISBN: 978-1-84584-204-8